TNO en TUe richten onderzoekscentrum op voor 3D-printtoepassingen

Beide instituten hebben reeds hun sporen verdiend op het gebied van onderzoek naar nieuwe toepassingen van 3D-printen en werken ook al langer samen. Dus echt verrassend is de partnerkeuze niet. Wat dan wel de reden is? Via het oprichten van een dergelijk centrum hopen de onderzoekers Europese impact te hebben, met als uiteindelijk doel het stimuleren van de concurrentiekracht en groei van de Nederlandse industrie.

Dit nieuwe centrum focust zich vooral op het maken van slimme, gepersonaliseerde en multifunctionele producten. Geen slechte keuze, aangezien dat een van de sweet spots is van de toepassingen van 3D-printen. Men zal zich richten op fundamenteel en toegepast onderzoek om te komen tot innovaties die uiteindelijk de markt kunnen bereiken via bedrijven die betrokken zijn of via spin-offs die gecreëerd worden. Er zullen tevens experts en wetenschappers getraind worden die de 3D-printindustrie nodig heeft.

Voorts wil men er een nieuwe leerstoel en onderzoeksgroep in het leven roepen onder de naam ‘Systems Mechatronics for Advanced Manufacturing’. Een ander doel is om tientallen industriële partners te hebben die mee gaan doen in onderzoeksprogramma’s. Goed nieuws dus voor de Nederlandse maakindustrie die onlangs ook al een innovatieboost kreeg met de opening van een vergelijkbaar centrum in de regio Amsterdam – de 3D Makers Zone waar sinds de opening elke maand Europese delegaties komen kijken hoe Nederland innoveert.

De onderzoekers van het nieuwe centrum gaan zich richten op het ontwikkelen van hightech materieel voor het produceren van slimme producten die bij voorkeur gemaakt worden van meerdere materialen. Met die hightech machines zullen voornamelijk geïntegreerde en slimme elektronica, medische producten op maat, farmaceutische en hightech producten gemaakt worden, zoals complete implantaten, protheses, dentaal brugwerk, e-pillen, slimme connectoren, geïntegreerde LEDs of nieuwe onderdelen voor hightech machines.